In de Volkskrant lazen we een mooi en ruim verslag van het interview wat Eva Hoeke had met Margôt Ros. “De Margôt die in mij zit en níét ziek is, die wil het liefst door”. De aanleiding is het boek Hersenschorsing wat Margôt Ros schreef over het hersenletsel wat ze opliep toen ze met haar hoofd tegen een decorstuk knalde. Het gaat over de ontdekking dat de hersenschudding heel ernstig hersenletsel bleek te zijn. Over de gevolgen daarvan zoals je energie verdelen over de dag, over het niet eens meer kunnen verdragen van vogelgeluiden, over hoe de wc een mindfulle boeddhistische plek werd.
“Je kunt dus rondlopen met hersenletsel en géén idee hebben.”. Ze vertelt dat ze enorm gemotiveerd is om over haar ziekte te praten. Omdat hersenletsel zo vaak niet wordt herkend. Haar boek is dan vooral gericht op de mensen náást iemand met hersenletsel. Zodat die beter begrijpen hoe dat werkt.
En wat heeft ze veel geleerd. Zoals mediteren; dat is tegelijkertijd iets spiritueels maar ook gewoon breinsport, een medicijn. Hoe ga je met je partner op vakantie als je alleen maar op je hotelkamer blijft omdat de zee zo hard ruist?! Dat contact doseren voorwaardelijk is om haar relatie goed te houden. Dat je weet dat je nog steeds herstelt omdat je puberkinderen weer hard met de deuren durven knallen.
Het hele interview lees je hier. Het boek Hersenschorsing is te bestellen bijvoorbeeld op de website van Boekenroute, Hebban of Libirs.