Als hij na zijn ongeluk beter en sneller was geholpen, dan had hij nu veel meer gekund.
Daarom probeert Klarenbeker Frank Willem Hogervorst meer bekendheid te geven aan niet-aangeboren hersenletsel (NAH) en het belang van een snelle diagnose en revalidatie.
Want: ,,het eerste halfjaar is voor herstel cruciaal, maar ik ken niemand die binnen vier maanden terecht kon voor revalidatie."
In letterlijk één klap veranderde Frank Willem Hogervorst in een ander mens. Door een motorongeluk werd hij nooit meer wie hij was en moesten hij en zijn gezin het leven opnieuw uitvinden.
Om lotgenoten en professionals inzicht te geven in het verloop van zijn eerste twee jaar met NAH, besloot hij een boek te schrijven.
Zijn verhaal is humoristisch en realistisch waardoor het makkelijk leest.
Alle betrokkenen, van gezin tot professional komen aan bod, waardoor een verhelderend totaalplaatje ontstaat van herkenbare situaties met duidelijke tips.
,,Stage? Ik? Ik ben 53..." Frank Willem Hogervorst voelde zich ronduit beledigd toen zijn begeleider hem voorstelde eerst eens te onderzoeken of hij het nog kan; werken in een organisatie, en met collega's.
Zelf dacht hij dat hij ondanks zijn hersenletsel 'gewoon' kon gaan solliciteren. ,,Maar ze had natuurlijk gelijk. Ik kan meer dan ik aankan."
Het besef dat hij voorgoed is veranderd, slaat in als hij op de grond ligt. Hogervorst heeft zichzelf zojuist geëlektrocuteerd met zijn zelf geknutselde verlengsnoer.
Een klusje dat hij vroeger met twee vingers in de neus klaarde, maar dat hem nadat hij hersenletsel (NAH) heeft opgelopen, opeens niet meer goed lukt.
Nu heeft hij beide kanten voorzien van een stekker, in plaats van aan één kant een contactdoos.
Niet handig, maar daar komt pas achter als hij de ene stekker vastpakt terwijl de andere al in het stopcontact zit. 'Dit valt niet meer te ontkennen; ik ben niet meer wie ik was.'
Het is dan al tweeënhalf jaar na het ongeluk. Dat gebeurt op 1 november 2014, in Brabant. Hogervorst wordt van zijn motor gereden, raakt buiten westen en wordt wakker in het ziekenhuis.
Hij moest zo snel mogelijk weer op de motor zien te stappen, denkt hij kort nadat hij in het ziekenhuisbed is ontwaakt. Dat is immers wat ze altijd zeggen. Maar het loopt anders.
Eerst moet hij 'een nachtje' in het ziekenhuis blijven, voor de zekerheid. Dat worden een paar nachtjes; daarna mag hij naar huis met het advies dat hij zes weken rust moet nemen.
Hij heeft een bloeding in de kleine hersenen en een zware hersenschudding, luidt de boodschap.
Van een leven dat voorgoed is veranderd, heeft hij dan totaal nog geen weet. Langzaam komt hij erachter dat hij minder kan dan hij kon, en vooral ook dat veel minder aankan dan voor het ongeluk.
Maar waar zijn grenzen liggen, daarachter komen, kost Hogervorst jaren. Jaren van vallen en opstaan. Worstelen. Teleurstellingen. En nóg gaat hij wel eens zijn grenzen over, merkt hij soms achteraf.
Zijn nieuwe, beperkte belastbaarheid blijkt niet het enige dat is veranderd. Zijn reactie op asociaal verkeersgedrag, wordt een verhaal in het dorp.
Terwijl zijn dochter hem vraagt rustig te blijven na een gevaarlijke inhaalactie, springt hij bij het kruispunt uit de auto, loopt naar de auto voor hem en trekt het portier open.
'Ik grijp de bestuurder bij zijn kraag en scheld hem een minuut land keihard schreeuwend hélemaal verrot.'
Het liefst had Hogervorst de bestuurder ook nog uit zijn auto willen sleuren en hem 'voor zijn bek' willen slaan, maar dan ziet hij opeens dat het een van angst verstijfde man van in de zeventig is.
Het was de oude Frank Willem nooit gebeurd. ,,Maar ik had opeens een heel kort lontje."
Nu, bijna vier jaar na het ongeluk, kan Hogervorst ongeveer twee uur per dag iets doen. ,,Maar dat betekent niet dat ik twee uur iets kan inplannen", leerde hij nog recent.
Want als er die dag dan nog iets is dat energie kost, moet hij dat vervolgens bezuren.
Het is een zoektocht, naar wat hij wel en niet kan, het accepteren van zijn nieuwe 'ik'. Over zijn revalidatie, die veel te laat op gang komt.
En daardoor niet zo uitpakt als had gekund als hij meteen de juiste hulp had gekregen. Als meteen de ernst van de problematiek was herkend.
,,In het begin heb ik mezelf overbelast, en dat moest ik dan achteraf bekopen. Het is heel belangrijk een goede balans te vinden in genoeg stimulans en genoeg rust voor de hersenen.
Zeker in het begin." Die balans was bij Hogervorst volledig zoek. Om die balans te vinden is professionele hulp nodig.
Om meer bekendheid te geven aan niet-aangeboren hersenletsel, schreef Hogervorst het boek 'NAH genoeg niets te zien'.
Daarin beschrijft hij de eerste tweeënhalf jaar na zijn ongeluk.